|
|
|
Laatste nieuws |
|
|
|
Humor op de werkvloer, het is achteraf niet altijd lachen
|
Humor op de werkvloer, het is achteraf niet altijd lachen
Hoewel humor erg persoonlijk is, worden er juridisch wel degelijk grenzen aan gesteld. Misplaatste humor kan zelfs ontslag, afwijzing van een WW-uitkering of een strafblad opleveren. Dit blijkt wel uit de volgende twee praktijkvoorbeelden van werknemers die hun humor met ontslag en in één geval zelfs met strafvervolging konden bekopen.
Een cipier in een gevangenis meldde vier jaar geleden bij wijze van 1-aprilgrap aan twee gedetineerden dat ze waren vrijgelaten. Hij trok deze grap veel te ver door. Hij verschafte zelfs plastic zakken voor de persoonlijke spullen en vroeg welke treinkaartjes ze nodig hadden. Toen hij uiteindelijk zijn grap toegaf, was voor hem de lol er snel vanaf. Hij kreeg de disciplinaire straf van voorwaardelijk ontslag met een proeftijd van 2 jaar opgelegd. Een voorwaardelijke straf is een straf die pas uitgevoerd wordt als een veroordeelde zich niet aan bepaalde voorwaarden houdt. De cipier vocht dit aan tot in hoger beroep, omdat hij de straf niet evenredig vond.
De Centrale Raad van Beroep stelde de cipier echter in het ongelijk. Het vertrouwen dat gedetineerden moeten kunnen hebben in de cipiers was door dit incident geschaad, net als het aanzien van de Penitentiaire Inrichtingen. Daardoor had de cipier gehandeld in strijd met de integriteit en professionaliteit die van een justitiemedewerker mag worden verwacht. De opgelegde straf was gezien de ernst van het gepleegde plichtsverzuim niet onredelijk.
Maar het kan nog vervelender uitpakken voor een grappige werknemer. Zo had jaren geleden een werknemer een interne mail over miltvuur uitgeprint en in een envelop gestopt. Vervolgens deed hij daar wat melkpoeder bij en adresseerde de brief aan de vestigingsleider van zijn werk. Melkpoeder lijkt op de substantie waarin de bacterie zit die miltvuur veroorzaakt. Miltvuur kan onder omstandigheden dodelijk zijn. Hij plakte de brief bewust niet helemaal dicht waardoor er wat poederstof uitkwam. Hij bracht de brief zo naar het kantoor van zijn baas en liet de envelop daar achter. Daar liet hij het verder bij. Er bleek dus uit niets dat het om een 'grap' ging.
De man werd op staande voet ontslagen. Hij had redelijkerwijs moeten begrijpen, dat zijn gedrag tot direct ontslag zou leiden. Daardoor was hij verwijtbaar werkloos en liep een ww-uitkering mis. Bovendien werd de man strafrechtelijk veroordeeld (de Hoge Raad kwam er nog aan te pas) tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van één maand. Wat als een geintje begon, eindigde voor de man als een drama.
Dat sommige grappen wel door de rechter als humor worden aangezien blijkt wel uit het volgende voorbeeld. Een werknemer had tijdens het WK van 2010 een grap willen uithalen door de vlag van het bedrijf mee te nemen, oranje te verven en terug te hangen. Nadat hij de stok en vlag had meegenomen, werd hij aangehouden door de politie. Zijn baas had de ‘diefstal’ ondertussen bij de politie gemeld. De politie escorteerde de man naar zijn werk waar hij niet durfde te vertellen dat het om een grap ging. Zijn baas ontsloeg hem daarop op staande voet.
De werknemer vernietigde het ontslag buitenrechtelijk en vocht zijn ontslag aan. Bij de rechter legde hij wel uit dat het niet om diefstal maar om een grap ging. Ondanks dat de werknemer wel erg laat met zijn uitleg kwam, was de rechter van mening dat er geen boze opzet in het spel was. Het ontslag was een te vergaande maatregel, mede gezien het dienstverband van 30 jaar
Hieruit blijkt maar weer dat humor en werk niet altijd samen gaan. Niet iedereen heeft dezelfde humor. Dat is niet erg, maar zodra humor ernstige gevolgen gaat hebben voor anderen, kan dit voor een werknemer leiden tot vergaande consequenties, zoals ontslag of zelfs strafvervolging.
Indien u vragen heeft over een juridische kwestie, neemt u dan – voor een vrijblijvend adviesgesprek – contact op met mr John Veerman van Som Advocatuur.
|
|
|
|
|